Vanuit een fascinatie voor de Nederlandse taal buigen huisartiesten Leonore en Sascha zich sinds 2019 over de schat aan Vlaamse volksliederen. In 2023 is het arbeiderslied aan de beurt. Hiervoor wordt de oversteek gemaakt naar onze buren: de Agfa-Gevaert.
Door een financieel dal aan het einde van de vorige eeuw zit onze Mortselse achterbuur, fotorolletjes-gigant Agfa-Gevaert, met een opmerkelijke generatiekloof in haar personeelsbestand. Enerzijds werken in de donkere kamers mensen die reeds veertig jaar als arbeider in dienst zijn, anderzijds worden sinds kort regelmatig jonge mensen aangeworven: ‘jobhoppers’, die meestal niet van plan zijn om lang te blijven hangen en zich niet echt geroepen voelen om met de vakbonden voor het collectieve belang op te komen.
Met het arbeiderslied Ik werk zo geire onder de arm, maken we de oversteek naar onze Mortselse achterburen: de Agfa-Gevaert. Deze multinational als metafoor voor 21e-eeuwse arbeidsvraagstukken hanterend, vragen we ons af:
– Hoe verhouden verschillende generaties zich tot werk, werken en werkeloosheid?
– In hoeverre is onze identiteit vervlochten met ons werk? En welke persoonlijke en maatschappelijke gevolgen heeft die symbiose?
– In hoeverre vinden we vandaag in ons werk een gemeenschap?
In een uitgebreid vooronderzoek wordt met een dwarsdoorsnede van het personeel van Agfa rond het lied gewerkt (workshops, samen zingen en muziek maken, tekst herschrijven). Tegelijkertijd wordt het historische verhaal van dit bedrijf onderzocht d.m.v. (archief)onderzoek en interviews.