For man is fashioned from his faith,
And is what he believes.
Bhagavad Gita
Lire plus Lire moinsComme dans Het Kind van de Smid (L’enfant du forgeron) et Sittings, des sources documentaires sont le point de départ de TRINITY trip, la nouvelle création de Peter van Kraaij.
D’abord, il y a l’histoire de Leopold et Rudolf Blaschka et la création de la Ware Collection of Glass Models of Plants, suivie du récit de Robert Oppenheimer et des hommes de science à Los Alamos lors du développement de la première bombe atomique. Les deux histoires nous parlent de la réalisation d’un rêve, de la tradition et la transmission de connaissance.
Le premier récit se situe dans le monde privé du père et fils Blaschka qui, entre 1887 et 1936, ont réalisé dans leur atelier à Dresden une collection de plantes et fleurs en verre sous l’ordre du musée botanique de Harvard University, Cambridge, Massachusetts.
La seconde histoire se déroule entre 1943 et 1945 dans la communauté isolée de Los Alamos, où les Etats-Unis avaient réuni les plus grands atomistes sous la direction de Robert J. Oppenheimer pour créer une arme qui devait mettre fin à la deuxième guerre mondiale et rendre toute guerre future impossible.
Les deux histoires combinent la science et le monde politique, l’histoire personnelle et l’histoire mondiale.
Les Blashka’s cherchaient à créer dans leur isolement choisi une réplique ultime de la nature, une ode à la beauté et la fragilité, pendant que le monde extérieur était terrorisé par le fascisme.
De l’autre côté, Oppenheimer et ses hommes de science ont réalisé, dans un isolement imposé par le gouvernement, un rêve scientifique dont ils ont connu trop tard les conséquences: ils avaient créé une arme comme ode à la destruction totale.
Peter van Kraaij a écrit TRINITY trip avec le support du Vlaams Fonds voor de Letteren.
production | WALPURGIS |
avec | Benjamin Dieltjens, Han Kerckhoffs, Oscar Van Rompay, Judith Vindevogel & Michael Vergauwen |
texte et mise en scène | Peter van Kraaij |
musique | Bart Vanhecke |
scénoraphie | Stef Depover |
costumes | Lieve Pynoo |
technique | Kris Merckx |
stage | Veerle Van Rossom & Joanna Ptaszynski |
avec le soutien de | Vlaams Fonds der Letteren & Bernaerts |
photos | Koen Broos |
WALPURGIS
Benjamin Dieltjens, Han Kerckhoffs, Oscar Van Rompay, Judith Vindevogel & Michael Vergauwen
Peter van Kraaij
Bart Vanhecke
Stef Depover
Lieve Pynoo
Kris Merckx
Veerle Van Rossom & Joanna Ptaszynski
Vlaams Fonds der Letteren & Bernaerts
Koen Broos
Des revues (en néerlandais)
Radio 1, Mezzo, 24/04/2008
Luister hier naar het interview met Peter van Kraaij in Mezzo op 24/04/2008
Een uitgetikte versie van het interview is te vinden op de WALPURGISblog
Klara, Ramblas, 24/04/2008
Luister hier naar het interview met Peter van Kraaij in Ramblas op 24/04/2008
Jongens en wetenschap
Peter van Kraaij schreef en regisseert bij Walpurgis ‘Trinity trip’, een voorstelling waarin hij de levensdromen van glasblazers en die van ontwerpers van atoombommen in elkaar vlecht.
Volgens onze fichebak is Peter van Kraaij (1961) tegenwoordig dramaturg bij Toneelgroep Amsterdam, regisseerde hij twee seizoenen geleden nog een Antigone bij De Tijd, maar is het al even geleden dat hij zelf nog iets schreef. De laatste keer moet met Sittings zijn geweest, waarin hij de fotografenlevens van Tina Modotti, Edward Weston en Garry Winogrand als uitgangspunt voor een stuk nam.
Hebben we iets gemist sinds ‘Sittings’?
‘Sittings is mijn laatste opgevoerde stuk. Het dateert uit de periode dat Josse De Pauw nog artistiek leider was van Het Net in Brugge (2001, red). Ik loop al lang met de plannen rond voor Trinity trip. Mijn eerste notities dateren van vijf jaar geleden. Ze gingen over de collectie glasimitaties die vader en zoon Leopold en Rudolf Blaschka maakten van planten en bloemen. Iemand vertelde me over die collectie en stuurde me een catalogus. Het was verbijsterend.’
Was uw eerste fascinatie het buitenissige van die collectie?
‘Wat vader en zoon Blaschka deden, was een levenswerk. Tussen 1887 en 1937 maakten ze in glas 847 replica’s van planten en bloemen op ware grootte. En verder drieduizend uitvergrote details uit flora en fauna. Ze deden dat in opdracht van het botanisch museum van Harvard University. Het was bedoeld als didactisch materiaal. Wat me vooral fascineerde, was hoe wetenschap en kunst samenkwamen. De collectie is gemaakt tijdens de opkomst van het nationaal-socialisme. In hun briefwisseling is daar niets van terug te vinden. Heel het wereldgebeuren is aan hen voorbijgegaan omdat ze in isolement bezigwaren.’
Is die gedrevenheid de band met het verhaal van Robert Oppenheimer, de wetenschapper die de atoombom mee ontwierp?
‘De wetenschappers in Los Alamos streefden ook de vervulling van hun dromen na. Ze zaten bovendien in een race met de tijd, omdat ook Duitsland geacht werd nucleaire wapens te ontwikkelen. Lang hebben ze gehoopt dat de bom niet gebruikt zou worden. Een cruciaal punt was de overgave van Hitler. Toen bleek dat de bom niet meer nodig was. Maar men was zo in de ban van de realisatie dat men niet meer op de rem kon gaan staan.’
Zijn er grote verschillen tussen de tijdvakken waarin de verhalen spelen?
‘De Blaschka’s deden aan ambachtelijke ontwikkeling. Ze werkten in absolute rust, los van het wereldgebeuren. Sinds de Eerste Wereldoorlog is er een verstrengeling van wetenschap en militaire oorlogvoering. Wetenschappers worden gecharterd door de politiek.’
U verdeelt het verhaal van Oppenheimer over een jonge en een oude verteller. De oude Oppenheimer moet een gebroken man zijn.
‘Hij overschouwt zijn leven en weegt zijn beslissingen af. Heb ik altijd bewuste keuzes gemaakt? Is alles mijn verantwoordelijkheid geweest? Had ik beslissingen kunnen vermijden? Hij probeert zin te geven aan zijn leven. In zekere zin probeert hij zijn morele testament te schrijven.’
Vanuit welk standpunt vertelt u ‘Trinity trip’?
‘Er zijn de jonge en de oude Oppenheimer, en één acteur speelt Blaschka. Daarnaast zijn er zeven liederen uit de Bhagavad-Gita, een boek dat een levenslange inspiratiebron was voor Oppenheimer. De muziek geeft de innerlijke gevoelswereld van Oppenheimer weer.’
‘Voorts zit het verhaal niet chronologisch in elkaar. De samenhang is veeleer associatief, volgens motieven. Zoals in The echo maker van Richard Powers, worden verhalen naast elkaar verteld. Ik heb bijna geen thematische verbanden doorgeduwd. Ik hoop dat het ene afschaduwt op het andere.’
Geert Sels, De Standaard
Gedreven jongens en wetenschap
Het ene duo ontwierp tere bloemen in glas, de andere man de atoombom. Als aparte wetenschappers worden de Blaschka’s en Robert Oppenheimer aan elkaar gepaard in Trinity trip van Walpurgis.
De titel verwijst naar de eerste Amerikaanse test van de nucleaire bom, amper drie weken voor Hiroshima. “Japan zou zich sowieso overgegeven hebben, maar de investering moest renderen”, aldus regisseur Peter Van Kraaij. “Oppenheimer is daarna in één klap oud geworden.”
Op scène voert Van Kraaij daarom twee versies van de atoomgeleerde op. De jonge Oppenheimer (een rol voor Oscar Van Rompay) is een optimistische believer, zijn oudere variant (Han Kerckhoffs) een gekwetste man die in het reine tracht te komen met zijn schuldvraag. “In alle getuigenissen vind je dat hij tot laat in zijn leven een begeesterende en charismatische persoonlijkheid was, een eeuwige jongen”, zegt Van Kraaij. “Mijn hypothese is dus dat hij geen volwassenheid heeft gekend. Zijn hele leven schoof hij de consequenties van zijn handelen voor zich uit. Pas na de bom maakte hij een volledig pacifistische switch.”
In zijn tekst voor Trinity trip laat Van Kraaij elk moreel oordeel aan het publiek over, maar zijn lectuur over de Los Alamos-experimenten noemt hij wel vrij schokkend. “Zelfs toen Hitler zich overgaf, konden al die wijze atoomonderzoekers mentaal blijkbaar niet meer terug. Ze zijn blijven doorwerken, wilden zien of het kon. Ook politiek. Men zegt altijd dat Hiroshima en Nagasaki eenmalig waren, maar voor de eerste maanden waren al vijftien bommen gepland. Je kan dat vergelijken met Irak nu: als je er zoveel geld in gestopt hebt, kan je je kar niet meer keren.”
De documentaire over Los Alamos die Van Kraaij inspireerde, zag hij toevallig kort na een catalogus van het Harvard-museum waar hij net zo gefascineerd door bleef. In het boek staan bloemen. Pas als je goed kijkt, merk je dat ze van glas zijn. “Ze dienden voor de botanische didactiek op de universiteit, en werden tussen 1850 en 1895 minutieus vervaardigd door Leopold en Rudolf Blaschka, vader en zoon. Zij deden dat in compleet isolement, net als Oppenheimer in de woestijn. Zelfs toen na de dood van zijn vader het nationaal-socialisme in Dresden doorbrak, repte Rudolf daar met geen woord over. Hij was totaal overgeleverd aan zijn roeping.”
Net daar vond Van Kraaij de link om de Blaschka’s en Oppenheimer samen op te voeren. “Hun hele leven gaat op aan één droom, ontwikkeld in een cocon. Zo heb ik het in de tekst toch vertaald, want ik pretendeer helemaal niet de sluitende biografie van deze mannen te brengen. Veeleer interesseert me het aspect van jongens die voor hun ideaal gaan. Zeker hoe Rudolf (verteld door Michael Vergauwen, WH) kritiekloos in de voetsporen van zijn vader trad, kunnen wij ons vandaag niet meer inbeelden.”
Nog zo’n schijnbaar gedateerde gelijkenis is beider modernistische geloof in de strevende mens en de maakbare wereld. Is dat het voorstel van de voorstelling: er terug voor gaan? “Dat laat ik aan de kijker over. Als er één ding is dat ik zoek, is het een complexiteit van perspectieven, als een Russisch poppetje dat zich steeds verder opent”, aldus Van Kraaij. “Maar wel vind ik vooral Oppenheimer erg actueel in zijn voortdurende uitstel van de consequenties van zijn handelen. Dat zie je vandaag ook sterk in onze ‘liquid society’: velen vermijden vaste engagementen in hun werk en hun relaties. Ook los daarvan zal iedereen zich herkennen in het gedachten-materiaal dat we aanbieden. Doen of denken? Tot welke grens volg je je ware aard? Wat is een roeping?”
Minstens zo belangrijk in Trinity trip zijn de speciaal gecomponeerde muziek van Bart Vanhecke en de inbreng van sopraan Judith Vindevogel, vast lid van de Antwerpse muziektheatergroep Walpurgis. “Ik heb Bart, die ik een heel talentvolle componist vind, gevraagd om muziek te maken bij een paar korte gedachten uit de Indiase Bhagavad Gita, waar Oppenheimer op het eind van zijn leven troost bij zocht. Zijn compositie vertaalt die innerlijke wereld op klarinet, en krijgt af en toe ook een troostende invloed.”
Wouter Hillaert, De Morgen
Oppenheimer verscheurd
In Trinity Trip van Walpurgis linkt Peter van Kraaij de idealen van Robert J. Oppenheimer met die van de fenomenale glasblazers Leopold en Rudolf Blaschka. De confrontatie van de levensdroom van Oppenheimer met de onuitwisbare gevolgen daarvan blijft akelig nazinderen.
Robert J. Oppenheimer werkte jarenlang in strikte afzondering aan zijn ‘Little Boy’. Gepassioneerd en overtuigd, maar tegelijk in de hoop dat zijn atoombom nooit zou moeten worden gebruikt. Ook de Blaschka’s isoleerden zich van de buitenwereld en maakten in veertig jaar duizenden adembenemend natuurgetrouwe glazen replica’s van planten en bloemen.
Regisseur Peter van Kraaij brengt de gedrevenheid van de Blaschka’s en Oppenheimer samen in een verhaal, verteld door drie mannen. Weinig actie op het podium, vooral veel woorden, perfect gekleurd door archiefbeelden en liederen (Judith Vindevogel, onder begeleiding van Benjamin Dieltjens) uit de Bhagavad-Gita, inspiratiebronvan Oppenheimer. De vertwijfeling van de oudere Oppenheimer, sterk neergezet door Han Kerckhoffs, over keuzes en verantwoordelijkheden in zijn leven, overweldigen. De jongere Oppenheimer (Oscar Van Rompay) en Blaschka (Michael Vergauwen) zijn minder overtuigend, hoewel hun fragiele samenspel aanvullend wel werkt.
Karin Vanheusden, Gazet van Antwerpen