Na haar debuut in Salzburg als Papagena in de spraakmakende Zauberflöte-enscenering van Karl-Ernst en Ursel Herrmann, zingt zij rollen zoals Ordogno in Don Quisciotte in Siera Morena o.l.v. René Jacobs in het Festival für Alte Musik in Innsbruck, Marie in Wozzeck met het Canadese Nouvel Ensemble Moderne en de sopraanpartij in Claude Viviers Kopernikus o.l.v. Reinbert de Leeuw in de Nederlandse Opera.
Met de oprichting van WALPURGIS wilde Judith Vindevogel een vrijplaats creëren, waar ze naast haar internationale carrière als operazangeres, een persoonlijk artistiek traject kon uitbouwen in samenwerking met uiteenlopende artistieke partners. De nood om buiten het klassieke operarepertoire te kijken en aan de muziektheatermaker meer autoriteit en groeipotentieel te verlenen, was groot. De voorstellingen die zij maakt zijn bijzonder divers: van grote locatievoorstellingen, sprookjesopera’s, librettolezingen tot experimenteel muziektheater. Enkele spraakmakende voorstellingen waren ook te zien in het Frans zoals de noces/svadebka/de bruiloft, Prinses Turandot, Fidelio, Haven 010 en de semi-geënseneerde librettolezing Silla revisited.
Judith was als gastdocente verbonden aan het Conservatoire de Liège (kamermuziek), P.A.R.T.S (zang) en de conservatoria van Gent, Antwerpen en Brussel (muziektheater). Zij gaf gastlezingen aan de universiteit van Zürich en Parijs. Sinds 2010 coacht zij zangers, dansers, acteurs en muzikanten in de F.M. Alexandertechniek, zowel individueel als in opdracht van o.a. het Sociaal Fonds voor de Podiumkunsten en de Academies.
Zij is te horen op verschillende CD-opnamen, waaronder Harawi van Messiaen met pianist Alain Franco en Kinderliederen van Mussorgski, Reger, Bernstein e.a. met de Hongaarse pianist Levente Kende.
Credo
“Weet u, mijn grote passie is het onbekende. In elk boek, elke muziekpartituur, elk maatschappelijk vraagstuk, elke ontmoeting openbaart zich een nieuwe wereld. Ik wil sprakeloos kunnen zijn en stilstaan voor een ontmoeting van oog tot oog, oor tot oor, klaar voor een diepgaand en zo persoonlijk mogelijk gesprek over dat wat ons bezig houdt en inspireert. Ik wil kunnen reizen en zien met eigen ogen, mijn oren gespitst. Ik wil kunnen ontdekken, ervaren, beroerd én ontroerd worden. Mij interesseert niet het goud van Columbus of da Gama, maar de onuitputtelijke rijkdom van de verbeelding. Ik wil verhalen horen en altijd opnieuw leren, leren en nog eens leren.
Ik reis nooit alleen. Samen met mij varen door weer en wind getekende zeevaarders van allerlei slag, jonge ontdekkingsreizigers die staan te popelen om nieuwe horizonten te kunnen verkennen en ook enkele verstekelingen op zoek naar een beter leven. En als we verzadigd zijn en het op ons schip gonst van de nieuwe verhalen en nieuwe liederen keren we huiswaarts, waar u op ons wacht. En dan zingen we, bezingen we, zoals we gebekt zijn, en schenken u onze schatten en strandjuttersvondsten. En wie weet krijgt u misschien wel zin om straks een eindje met ons mee te reizen. Want lang blijven we niet aan land. Telkens opnieuw roept de zee. Dan lichten we het anker en varen we verwachtingsvol, onvermoeibaar en zonder vrees opnieuw het onbekende tegemoet.”
Judith Vindevogel – Ierland, zomer 2011